Jaarlijks verbruiken we een enorme hoeveelheid schoonmaakmiddelen. Om het milieu te sparen is een zuinig gebruik van groot belang. Het maakt ook uit welk middel u kiest, want ze zijn niet allemaal even milieubelastend. Schoonmaakmiddelen bevatten stoffen om het vuil op te lossen, om het water te ontharden en soms sterke zuren of ontsmettingsmiddelen. Vaak zitten er parfum, kleurstoffen en conserveermiddelen in.
Was- en oppervlakteactieve stoffen
Belangrijke bestanddelen van veel schoonmaakmiddelen zijn de was- en oppervlakteactieve stoffen, die het vuil oplossen. Vroeger was dit zeep, gemaakt van plantaardige of dierlijke vetten en oliën. In de jaren 50 is zeep verdrongen door synthetische zepen (tensiden), met aardolie als grondstof. Synthetische tensiden breken over het algemeen langzamer en soms niet volledig af. Ook kunnen ze verontreinigd zijn.
Er zijn ook plantaardige tensiden, meestal met kokos- of palmolie als grondstof. Deze zijn over het algemeen beter afbreekbaar en minder verontreinigd dan aardolie-tensiden. De milieubelasting is vergelijkbaar met die van zeep. Nieuw zijn de suikertensiden, geheel uit plantaardige grondstoffen gemaakt en zeer goed afbreekbaar. Voor de wasactieve stoffen is wettelijk bepaald dat ze voor 80 of 90 procent afbreekbaar moeten zijn. Daar doelen de fabrikanten op als ze beweren dat hun product biologisch afbreekbaar is. Maar een volledige afbraak is wettelijk niet vereist.
Allesreinigers
De meeste allesreinigers bestaan grotendeels uit water en aardolie-tensiden. Er zijn ook producten met plantaardige tensiden, te koop in natuurvoedings en reformwinkels. Groene of vloeibare zeep is in feite ook een allesreiniger. Voor glanzend geverfde oppervlakten is zeep minder geschikt, omdat deze na behandeling met zeep dof kunnen uitslaan. Een allesreiniger met plantaardige tensiden is dan een betere keus. Naast wasactieve stoffen kunnen allesreinigers ontharders, oplosmiddelen, ammonia, conserveermiddelen, geur- en kleurstoffen bevatten. Helaas staat bijna nooit op het etiket vermeld wat er in zit.
Afwasmiddelen
Gewone (hand)afwasmiddelen bestaan uit synthetische tensiden, water, stoffen om de handen te verzachten, parfum, kleurstof en water. Er zijn ook middelen zonder deze milieuschadelijke stoffen.
Schuurmiddelen
Het belangrijkste bestanddeel van een schuurmiddel is krijt of puimsteen. Verder zitten er vaak wasactieve stoffen in. Vloeibaar schuurmiddel bestaat grotendeels uit water, zodat een conserveermiddel nodig is om bederf te voorkomen. Ook vergt het extra verpakkingsmateriaal. Een schuurpoeder heeft deze nadelen niet. Wel zijn er schuurpoeders met chloorbleekmiddel.
Overige middelen
Speciale schoonmaakmiddelen als meubelverzorgingsmiddelen, metaalpoetsmiddelen, gootsteenontstoppers en kookplaat, grill en ovenreinigers bevatten vaak agressieve stoffen die schadelijk zijn voor milieu en gezondheid. Daarom kunt u ze beter niet gebruiken.
Schoonmaak tips
- Keuken (aanrecht en tegels): met een sopje van zeep of afwasmiddel, zonodig met schuurmiddel.
- Aangekoekte pannen opzetten met water en soda. Nawassen met afwasmiddel. Let op: doe dit niet met aluminium pannen. Schuur deze met een schuursponsje.
- Aangekoekt vet op fornuis en oven verwijderen met heet sodawater.
- Verstopte gootsteen ontstoppen met een plopper. Nooit met gootsteenontstoppende middelen.
- WC en bad schoonmaken met zeep of afwasmiddel, kalkranden verwijderen met (schoonmaak)azijn.
- Ramen schoonmaken met water met wat afwasmiddel of zeep. Streeploos nazemen met warm water en azijn of zout.
- Meubelen afnemen met een vochtige doek, met wat afwasmiddel.
- Vloeren (gelakt of in de was) afnemen met water of een sopje van zeep of allesreiniger.
- Tapijt: strooi natriumbicarbonaat (van de drogist), laat het een paar uur of een nacht liggen en zuig daarna goed. Vloeistoffen en poeders, die je met de hand inborstelt, hebben de voorkeur boven tapijtreinigers voor de machine, waarin matig afbreekbare wasactieve stoffen kunnen zitten.
- Zilver laten weken in een pan heet sodawater met aluminiumfolie of melkdoppen.