Trend: plantaardige carnivoren op je vensterbank. Vleesetende planten zijn groen, grillig en volstrekt ongevaarlijk, tenzij je een spinnetje of een insect bent.
Gevaarlijke verleiders
Ze zien eruit alsof ze net uit Jurassic Park komen en ze zijn reuze zelfredzaam. Daarnaast bieden vleesetende planten spannende kleuren, bizarre vormen en zijn ze handig in huis, als je op een duurzame manier van ongewenste beestjes af wilt komen. Vleesetende planten lokken met hun kleurrijke en grillige uiterlijk spinnetjes en insecten. Vervolgens vangen en verteren ze hun buit en gaan ze in stilte door met lonken en afrekenen met een bromvlieg in 3, 2, 1….
Nieuwe balans
Zoals vleesetende planten in het wild voor zichzelf zorgen, dat is ronduit smart. Daarom passen ze goed in de woonstijl waarin technologie een steeds grotere rol in het interieur krijgt. De vreemde kleuren en grillige vormen komen extra mooi uit in een omgeving die clean en strak is, een beetje zoals in een laboratorium. Potten mogen er fris en koel uitzien: geometrische vormen, koel lila en mat wit helpen allemaal met deze planten een modern tegenwicht in stijl te geven. Helemaal on trend: sierpotten die je per app informatie geven over de plant
Even voorstellen: de vleeseters
Venusvliegenvanger gebruikt een zoete geur om insecten in zijn rode 'bekje' te lokken. Zit er een lekkere vlieg op, dan klappen de bladeren dicht en verteert de plant zijn prooi in een dag of tien. Misgehapt? Dat mokt Venusvliegenvanger een paar uur en opent ze dan weer langzaam.
Sarracenia groeit in rozetten, elke koker heeft een fraai gekleurde beker waar nectar inzit. De bovenste rand is heel glibberig: glijdt een insect naar binnen, dan legt die op een zeer zoete manier het loodje. De plant verteert zijn prooi en haalt er zo zelf voeding uit.
Drosera lokt zijn prooi met mooie kleuren en een kleverige glinsterende substantie aan zijn tentakeltjes. Plakt er een insect in vast, dan sluit het blad van deze sinistere schoonheid zich erom heen en verteert het bij wijze van lekker hapjes.
Nepenthes is een elegante blikvanger met grote hangende vangbekers. Net als bij Sarracenia zijn die uitgerust met een gladde rand waardoor insecten naar binnen vallen, in een stroperige vloeistof die ze verteert. Online heeft Nepenthes de veelzeggende hashtag #nobugsjugs.
Anti-pest protocol
Laat de vallen van Vleesetende planten niet dichtslaan met je vinger. Dit kost de plant namelijk veel energie zonder dat hij daar een maaltijd voor terug krijgt. Bovendien kan een val zo’n zes keer open en dicht voordat hij sterft. Als je de planten toch graag in actie ziet, serveer ze dan een gesneuvelde vlieg.
Moerasmonsters
In het wild leven Vleesetende planten in vrij vochtige gebieden met een stikstofarme bodem, zoals moerassen. Nepenthes doet dat in Zuidoost-Azië, Venusvliegenvanger en Sarracenia komen uit Noord-Amerika en Drosera groeit op alle continenten, behalve Antarctica.
Waar chillen ze graag?
Nepenthes hangt graag ruim, zodat niet al te snuggere insecten niet worden afgeleid, maar gewoon rechtstreeks in zijn bekers kukelen. Venusvliegenvanger, Sarracenia en Drosera staan mooi bij elkaar, elk in hun eigen pot of als carnivoren act samen in een open of gesloten terrarium.
Voederen & verzorgen
• De meeste vleesetende planten houden van volle zon.
• Natte voeten zijn prima, zet de planten in zure potgrond en een klein laagje water.
• Vleesetende planten drinken het liefst regenwater, gedestilleerd water of zacht kraanwater. Woon je in een streek met hard water: koken, laten afkoelen, klaar.
• Plantenvoeding hoeven ze niet, ze vangen hun eigen eten.
• Haal dode bruine blaadjes en kelken weg, daar zijn schimmels iets te dol op.
• Verpot de vleeseters elke een of twee jaar in het voorjaar.
• Geef vleesetende planten geen stukjes vlees, want hier gaan de vallen van rotten.
• In de winter verdorren de vallen van de plant. Geen paniek, in de lente verschijnen ze weer – met lekkere trek.