Alle fruitsoorten moeten bij het oogsten en plukken altijd met zorg worden behandeld. Beschadigingen moeten zoveel mogelijk worden voorkomen. Het juiste oogsttijdstip is sterk afhankelijk van soort of ras. Ook maakt het uit of het om vers te consumeren vruchten of om bewaarfruit gaat. Pluk alleen bij droog weer als de vruchten ook droog zijn.
De beste manier om te plukken is: de appel omhoog buigen en met duim of wijsvinger tegen het steeltje drukken. Een plukrijpe appel laat dan makkelijk los. Voor de oogst van peren geldt in grote lijnen hetzelfde.
Vroege peren worden oogstrijp geplukt. Of ze oogstrijp zijn is op verschillende manieren te constateren: de kleur verandert (bijv. van felgroen naar lichter groen), ze laten makkelijk los als de vruchten omhoog worden gebogen, en de pitten worden van wit lichtbruin (daarvoor even een vrucht doorsnijden). Het steeltje moet bij het plukken aan de vrucht blijven zitten.
